Een zieke werkneemster met meerdere parttime banen is niet verplicht om te re-integreren buiten de reguliere arbeidstijd, ook niet als dit in het weekend is en ook niet als de werkgever in het weekend niet beschikt over passend werk. Werkgever heeft de loonstop onterecht toegepast.

Rechtbank Limburg 26 januari 2021, ECLI:NL:RBLIM:2021:819.

Feiten

Werkneemster is sinds 2016 in dienst bij Nederlands Opleidingsbureau B.V. (hierna: “NOB”). Zij werkt gemiddeld 12 uur per week als verkeersregelaar, voornamelijk in de weekenden en incidenteel op een (Duitse) feestdag. Werkneemster is ook, meer dan 20 jaar, in dienst bij Remedica als informatrice. Deze werkzaamheden voert zij doordeweeks uit (parttime). NOB is hiervan op de hoogte.

Naar aanleiding van een ziekmelding, concludeert de bedrijfsarts in december 2019 en februari 2020 dat werkneemster volledig arbeidsgeschikt is voor haar werkzaamheden bij Remedica en passend werk kan verrichten bij NOB. NOB vraagt werkneemster om doordeweeks te re-integreren, omdat dan passende werkzaamheden beschikbaar zijn. Werkneemster laat aan NOB weten dat zij alleen in de weekenden beschikbaar is.

Remedica laat op haar beurt aan werkneemster weten dat in verband met de coronapandemie tijdelijk geen werkzaamheden kunnen worden verricht. Werkneemster laat daarop in april 2020 aan NOB weten tijdelijk (tot het moment dat zij weer kan werken bij Remedica) beschikbaar te zijn voor re-integratie werkzaamheden doordeweeks. Dit is toen ook gebeurd.

In juni 2020 start werkneemster met een derde (parttime) baan bij een ziekenhuis. Op 31 augustus 2020 laat werkneemster aan NOB weten dat zij per 2 september 2020 weer kan starten bij Remedica en daarom niet meer doordeweeks kan re-integreren.

Op 23 september 2020 sommeert NOB werkneemster de re-integratiewerkzaamheden te hervatten op straffe van loonstaking. Volgens NOB heeft werkneemster geen tijd meer voor het verrichten van re-integratiewerkzaamheden door de week, vanwege haar nieuwe baan in het ziekenhuis. Op 24 september 2020 heeft werkneemster NOB laten weten dat het doordeweeks niet kunnen re-integreren niets te maken heeft met haar nieuwe baan maar met de hervatting van werkzaamheden bij Remedica. Zij blijft bereid in de weekenden te re-integreren bij NOB.

Op 29 september 2020 heeft NOB de loonbetaling gestopt. Werkneemster vordert loon in kort geding.

De beoordeling

De vraag is of werkneemster gehouden kan worden om doordeweeks te re-integreren. De kantonrechter beantwoordt deze vraag ontkennend.

Gaandeweg heeft zich een vast arbeidspatroon ontwikkeld dat vervolgens de overeengekomen arbeid is geworden. De re-integratie zal naar het oordeel van de kantonrechter in beginsel moeten plaatsvinden op de momenten dat werkneemster haar werkzaamheden heeft uitgevoerd, derhalve in de weekenden. Dat klemt temeer als het gaat om “kleine banen”, die op zich onvoldoende zijn om in het levensonderhoud te voorzien. Werknemers die zo’n baan hebben moeten de mogelijkheid hebben om ook andere banen te kunnen accepteren zodat er voldoende inkomen kan worden gegenereerd om van te bestaan. Zeker als dat geen probleem oplevert voor de werkgever als de werknemer gewoon (volledig) aan het werk is, ziet de kantonrechter niet in waarom dat anders zou zijn als de werknemer moet re-integreren.

Denkbaar is dat goed werknemerschap met zich meebrengt dat de werknemer buiten vaste arbeidstijden moet re-integreren. Dat zal echter volledig van de feitelijke situatie afhankelijk zijn. De kantonrechter is van oordeel dat die verplichting in dit geval niet op werkneemster rust, omdat zij een groot belang heeft bij weigering van het doordeweekse re-integreren: het behoud van haar twee andere parttime banen die zij nodig heeft om in haar eigen levensonderhoud te voorzien. Zij is dan ook niet gehouden om doordeweeks te re-integreren. Dat NOB niet beschikt over passend werk in het weekend, maakt dit oordeel niet anders.

NOB wijst er nog op dat de werkzaamheden bij Remedica sinds november 2020 weer zijn gestopt. Werkneemster voert aan dat NOB toen al gestopt was met het betalen van het loon, zodat zij evenmin aan haar verplichting tot re-integratie hoeft te voldoen. De kantonrechter volgt haar hierin; als een werkgever ten onrechte het loon niet betaalt tijdens ziekte, mag de werknemer zijn verplichting tot arbeid in het kader van de re-integratie opschorten (zie ook: Hoge Raad 17 april 2020, (ECLI:NL:HR:2020:723). Reeds om die reden hoeft werkneemster niet te re-integreren buiten haar reguliere werktijd.

Naar oordeel van de kantonrechter heeft NOB ten onrechte een loonstop toegepast, waardoor zij het loon dient door te betalen met ingang van 29 september 2020, vermeerderd met de maximale wettelijke verhoging en rente.

Belang voor de praktijk

Voor werkgevers van werknemers met “kleine banen” die op zich onvoldoende zijn om in het levensonderhoud te voorzien, geldt dat zij hun werknemers in beginsel slechts kunnen verplichten tot re-integratie in hun reguliere arbeidstijd, ook als dat in het weekend is en ook als de werkgever in het weekend niet beschikt over passend werk. Onder bepaalde omstandigheden is echter denkbaar dat goed werknemerschap met zich meebrengt dat de werknemer buiten de vaste arbeidstijden moet re-integreren. Dit is volledig afhankelijk van de feitelijke situatie.

Als u meer informatie wenst over de wederzijdse verplichtingen tijdens re-integratie of andere arbeidsrechtelijke onderwerpen, dan kunt u contact opnemen met L&A Advocaten.